zondag 22 januari 2012

Bezoek

Ik heb de televisie aangezet want een gesprek zit er vandaag niet in. De mist in het hoofd van mijn moeder wil niet optrekken. Het beeld toont een groot aantal pinguïns op een ijzige vlakte. 'Allemaal strandstoelen' zegt mijn moeder en 'Katwijk zeker?' 'Dat zou best eens kunnen' zeg ik, als een schuldige voor de rechter, die weet dat ontkennen geen zin heeft. Haar heldere momenten verminderen in frequentie, ze wordt meer en meer 'een displaced person'. Dat ik haar heb kunnen vinden in de geriatrische bijenkorf waar ze nu al een aantal jaren woont, vindt ze ook al onbegrijpelijk. Heeft Marianne (mijn zus) dat zo goed uitgelegd? En of ik haar kan verklaren hoe het precies zit dat ze wel omringd wordt door haar eigen spulletjes maar dat deze zich in een onbekend huis bevinden? Mijn verhaal dat dit toch wel degelijk haar eigen huis is, wordt niet serieus genomen. Ik ben natuurlijk altijd al een grappenmaker geweest.
Ze kan niet meer lopen zonder te vallen, maar ze doet het wel. Ze is rood en blauw, als het eenzame boerenbontbordje in haar keukenkast. Men heeft haar, als ware ze een motorcoureur die teveel risico's in de bochten neemt, in een harnas van kussentjes gehesen, een van de vele maatregelen die worden getroffen om haar een lang en gelukkig leven te beschoren.
Na het middageten leg ik haar in bed. Het hekje moet omhoog. Waarom dan? Omdat je nogal eens stout bent, uit bed klimt en valt. Ze capituleert met de glimlach van een ondeugend kind. Dan, als ik haar een prettig slaapje toewens, breekt haar cordon. 'Ik wil naar huis' snikt ze, 'ik ben hier niet op mijn plaats'.
Als ik, later in de middag, vertrek, staat ze erop dat ik een koek meeneem. Ik heb, zo heeft ze gemerkt, de hele dag nog niets gegeten. Rijdend langs de mistroostige dreven van Overvecht neem ik een hap. Het is een 'gangmaker' van wereldformaat. Een roze koek met de afmetingen van een reddingsboei. Ik word er een beetje misselijk van maar eet tot en met de laatste kruimel. Want dat moet van mijn moeder.

1 opmerking:

  1. Peter, je gaat je moeder de hemel in schrijven; en zal ze als engeltje ook zo ontroerend omschreven worden door haar enige zoon? mrtn

    BeantwoordenVerwijderen