dinsdag 13 september 2011

Maar misschien

Ik mag graag een beetje klagen. Dat zit in de aard van mijn beestje. Als kind al kon ik fenomenaal zuchten. Zoals ik zuchtte kon alleen een boerenmeid die, als ze met twee volle emmers melk uit de wei kwam gestrompeld, eindelijk haar juk kon afwerpen. Het gewicht der aarde was me te zwaar.
De diepe zucht baarde op den duur woordjes die mijn klagen zin gaven, maar ik moest er erg mee oppassen met dat geklaag. Men zou er eens iets van kunnen denken.
Hollanders mogen graag mopperen, hoe Noordelijker het levensruim, hoe zwaarmoediger, tot drankzucht en depressie geneigd, de daar levende mensenkinders. Toch zijn uitsluitend hun eigen ach en wee legitiem. Dat van een ander al snel zelfbeklag en gezeur.
Het is een soort ochtendhumeur, maar dan het hele leven door. Gelukkig niet zo erg als dat van collega Pieter van lang geleden. Als die zich 's ochtends op het werk meldde, was zijn dagelijkse ziel nog niet helemaal ingedaald. Als je dan vriendelijk 'goede morgen Piet' zei, sprong hij briesend van woede uit zijn leren brommerjas. Wat goedemorgen? Niks goedemorgen! Helemaal geeeeen goedefuckingmorgen. Na een kopje koffie en een eerste ochtendsigaretje was hij al snel weer zijn eigen vertrouwde Utrechtse volksjongen.
Zo ben ik licht tot zwaar allergisch voor de, bij passanten in zwang zijnde, vraag: 'Alles goed?' Bij wie is, in vredesnaam, alles goed? Alles goed bestaat niet! Nee precies. Waarom vraag je het dan? Wil je soms dat ik ga vertellen wat er allemaal niet goed is? Heb je even tijd? Mijn verhaal begint in het jaar dertienhonderd voor Christus.....
Heel graag zou ik altijd opgewekt en vrolijk zijn en alle mensen vriendelijk aanspreken en de rest van mijn leven besteden aan het overzetten van oude vrouwtjes bij een zebrapad. Dat is natuurlijk weer enorm in tegenspraak met het diepe wantrouwen dat ik gewoonlijk tegen dat soort mensen koester en de wraakzucht waarmee ik ze vervolgens naar een zuurstofarme planeet wens. Dat zal de lachebekjes wel leren. Maar goed, dat zit er voor mij dus allemaal niet in. Niet vergeten dat ik straks tegen W. flink over Erwin Krol klaag die weer eens heel ander weer voorspelde dan het gluiperige onweer van vandaag.
Om mezelf wat op te pimpen tijdens de afwas, zing ik het lied van de te vroeg overleden zuiplap Cornelis Vreeswijk: 'Maar misschien wordt het morgen beter al wordt het toch nooit goed'.  

Geen opmerkingen:

Een reactie posten