zaterdag 30 april 2011

Verslag van de inspecteur

Mij bereikte een klacht deze week. Van de ‘Openbare Watersportvereniging’.  Er zou een man zijn, in de buurt van Zoutkamp, die kruisertjes ving met een visnet. Kruisertjes, u kent ze wel. Van die onooglijke varende koekblikjes met een fiets en een bierkrat op het achterdek. Aan boord steevast een gerimpeld stel waarvan zij de hele dag koffie zet in een pruttelkannetje van vroeger en hij paling stroopt.
Durende de zomer is onze gehele walkant bezet door deze geriatrische vloot van roestige recreanten. De walkant zeg ik, want varen doen ze alleen als het echt nodig is, als de koffie opraakt of hun vaste leuke plekje bezet blijkt. Dan reist de verontwaardiging in een stoomwolkje met het kruisertje mee. Hun vaste leuke plekje bezet, sommige mensen kennen geen schande en die lui die nu op hun vaste leuke plekje liggen al helemaal niet! En heb je die kuiptent van ze gezien? Net nieuw en nu al torn op de naad!
Wat ik er mee moest, met die klacht, vroeg ik nog. ‘Ja bent u nou inspecteur of ben ik het?’ Luidde het antwoord. Ik wilde nog vragen ‘wat denkt u zelf?’ Maar dat leek weer iets te bijdehand voor het tijdstip van de week.’U hebt gelijk’ sprak ik sussend. ‘Ik zal er mijn licht eens opsteken’.
Dus begaf ik me - enigszins zuchtend, dat mag u gerust weten - op weg naar Zoutkamp aan het Reitdiep. Zuchtend zeg ik, want de wereld wordt bevolkt door mensen met klachten en op de één of andere manier weten ze mij altijd te vinden. Weet u wel dat er gras groeit op de noordelijke deur van de sluis van Garnwerd met vriendelijke groet? De brug bij Enumatil kreunt nogal moet daar niet eens wat vet op met vriendelijke groet? Ja hoor ik zal er onmiddellijk naar kijken en dat u maar met terugwerkende kracht een bloedend gezwel op uw bips mag krijgen.
Ik vond ‘de man met het net’ al snel. Hij maakte er geen geheim van. Ik moet zeggen het zag er allemaal zeer professioneel uit. Een prachtige lange boom over het water, met daaraan een enorm kruisnet. Geen spoortje roest aan het geheel. Aan de wal stond een enorme ‘Crusher’ en daarachter een rij keurig tot pakketjes gevouwen kruisertjes. Op het eerste gezicht niets op aan te merken.
De man van het net bleek al net zo opgeruimd als zijn bedoeninkje. Goedgemutst leidde hij mij rond. Hij bleek een idealist van het zuiverste water en zo zijn er niet veel meer kan ik u wel vertellen. In plaats van dat hij klachten bij een ander op het ontbijtbordje legde, verzon hij oplossingen en voerde die uit met een grote begeestering en nauwkeurigheid.
Inderdaad, het leverde hem nog wel iets op, maar dat was eigenlijk omdat de oud-ijzerprijs zo onbehoorlijk hoog was, maar gezien de investering was het allemaal maar een schijntje van een fluit, dat begreep ik zeker wel? Dat begreep ik zeker wel. Nee, het ging ‘de man met het net’ om de ethisch - idealistische kant van het kruiservissen. Iemand moest de wildgroei aan ‘kutkruisertjes’ of ik het woord wilde verontschuldigen, jazeker wel, een halt toeroepen en die iemand dat was hij!
Ik vond het allemaal hartveroverend, maar kan me als inspecteur natuurlijk niet tot partijdigheid laten verleiden. Waar het om ging waren de statuten en reglementen en die waren, waar het mijn aandeel betrof, dik in orde. 
Ah, daar kwam juist een kruisertje aangetuft. Was ik geïnteresseerd in een kleine demonstratie? Jazeker, ik was er nu toch.
Het ging allemaal verbluffend snel en economisch. Toen het kruisertje precies boven het net voer, werd dat - met behulp van een lier - in een razende vaart opgehaald, naar de wal gezwiept en boven de ‘Crusher’ geleegd. Even naschudden vanwege een tuinstoel die was blijven hangen, de kaken van de pers die zich sloten en het hele proces was binnen een mum van tijd afgerond. Het verjaarde stel aan boord van het kruisertje kan geen idee hebben gehad van wat er gebeurde, zo snel ging het. Een humane dood zonder enige twijfel. Op het abattoir gaat het er wel anders aan toe.
Ik feliciteerde de man met zijn innovatieve project. En of hij nog meer plannen in die richting had? Nu ik het zo vroeg... inderdaad. Hij zinde op een val voor vijfenveertigkilometerautootjes, maar was er in detail nog niet helemaal uit. Fijn dat er nog zulke mensen zijn.
Nadat ik hem verzekerde dat er betreffende het Waterschap niets te vrezen viel namen wij hartelijk afscheid.
Zo leek de week, na een aanvankelijk zeurderig begin, toch nog aardig te vlotten.

Uw dienaar

Inspecteur Buijs

Geen opmerkingen:

Een reactie posten