donderdag 12 mei 2011

Zombie in de mist

Ik ben geleidelijk afgekickt van de antidepressiepilletjes. Ik leek wel een combinatie van de Bhudda en een filmzombie. Dik en halfdood. Dat schoot niet op. 
De eerste effecten prikken reeds door de mist. Ik kan bijvoorbeeld al weer heel hard lachen bij een goede grap op de tv. Dan schuddebuik ik van jewelste en kraai het uitbundige lachje dat ik van mijn vader heb geërfd. Dan weet ik dat ‘de baas’ vanuit de achtergrond naar mij kijkt en zich afvraagt of ze zich moet afvragen of ik wel helemaal goed ben. Gelukkig voor haar hoeft dat niet omdat ze weet dat ik nog nooit helemaal goed ben geweest.
Zo kijk ik met het grootste plezier naar “Domme meisjes in de jungle”. Als één van de meisjes dan op de vraag; ‘noem eens een belangrijke Surinamer’ geheel oprecht Nelson Mandela oppert, val ik uit mijn stoel van de onstuitbare giechel.
Ook andere emoties lijken weer wat te worden aangescherpt, hoewel ik natuurlijk altijd al een enorme jankbek was. Ik ben al heel lang liefhebber van het “Volendams Mooizingen”. Ze hebben daar een lange traditie van meerstemmig over het water galmen. Geërfd uit de Katholieke boedel, want grefo’ s mochten alleen hele noten en gingen bij de lichtste uiting van meerstemmigheid direct naar de hel. Enfin, ik moest dus naar Nick en Simon in Memphis kijken gisteravond. 
Eén van de mannen ging op bezoek bij een soort muziekschool, pakte zijn gitaar en begon ‘Sitting by the dock of the bay’ te zingen. Binnen een oogwenk zong alle jeugd mee, werd er geklapt en gedanst, klonk het ook nog eens prachtig en zat ik met de tranen in mijn ogen een hooikoortsaanval te imiteren.
Jammer aan die Volendamse Mooizingbandjes, is dat ze in al die jaren (correct me if I ’m wrong) nog nooit een goed liedje hebben geschreven, maar misschien is dat nu wel juist de grootste prestatie; ‘heel prachtig enorme kutliedjes zingen’. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten